Verlaging maximumcapaciteit gemeentelijk onderwijs hypothekeert groei

N-VA Merelbeke stelt zich steeds meer vragen bij de visie van het schepencollege op het gemeentelijk kleuter- en lager onderwijs. Op de gemeenteraad van 26 februari ll. stemde de N-VA tegen de drastische verlaging van de maximumcapaciteit per leeftijdsgroep.

Raadslid Rosine Van Gysegem deed hierover volgende tussenkomst:

“Nog niet zolang geleden splitste men de school in Lemberge af van de school in de Kloosterstraat en de Bergwegel. Dit had heel wat gevolgen voor de leerlingen en leerkrachten. Door de telling op 1 oktober komt de zorg voor de leerlingen quasi volledig op de schouders van de klasleerkrachten en gingen er 2 voltijdse ambten verloren. Er zijn slechts 29 startende kleuters ingeschreven en dit zal gevolgen hebben voor de komende jaren.

Nu komen we tot de vaststelling dat men de maximumcapaciteit drastisch wil verlagen van 48 leerlingen per leeftijdsgroep naar 36 leerlingen per leeftijdsgroep. De gangbare regel is dat er maximum 24 leerlingen per klas zijn om aan een gemiddelde van 20 leerlingen te komen. De overtallige leerlingen genereren extra lestijden waarvoor geen extra klas nodig is dus die ben je kwijt met de constructie die men nu zou opzetten.

De directie zegt dat ze op die manier rust en duidelijkheid wil creëren zodat de ouders weten bij wie hun kind terecht komt en de leerkrachten in welke klassengroep ze gaan functioneren. Dit kan echter niet gegarandeerd worden want ook dit hangt af van het aantal inschrijvingen. Ik geef een voorbeeld: Dit jaar zijn er 29 kinderen gestart in de kleuterklas. Als er gedurende het traject 6 kinderen wegvallen, wat niet uitzonderlijk is, heb je 23 kinderen over in de derde kleuterklas. Gaan die leerlingen opgesplitst worden in 2 klassen? Daarnaast zorgen ze niet voor rust en duidelijkheid omdat men als ouder niet weet of het kind in het derde leerjaar in een graadsklas of een volledig 3de leerjaar terecht komt.

Door de drastische verlaging zullen ook automatisch alle zorguren en de uren kinderverzorgster bij de peuters wegvallen. Naar tewerkstelling voor de leerkrachten betekent dit dat alle ambten van niet benoemden wegvallen en alleen de vast benoemde leerkrachten hun job kunnen behouden. Is het gemeentebestuur bereid om ieder jaar gemeenschapsgeld te besteden om alle zorguren te kunnen bieden aan die kinderen die dit nodig hebben? Denk maar aan anderstalige nieuwkomers, SES-kinderen, kinderen met leerproblemen of meerbegaafden.

Ook de subsidies voor de verbouwingen en nieuwbouw in de Kloosterstraat komen hierdoor in het gedrang want die worden berekend op het aantal leerlingen op het moment van de aanvraag (Dit is volgens de schepen voorzien in 2024). Dus dit zal een grote verlaging van de subsidies betekenen!

Wij vragen ons echt af of dit de manier is om nieuwe leerlingen aan te trekken. Wat is de ambitie van de het schepencollege met het gemeentelijk onderwijs eigenlijk? Door de capaciteit zo drastisch te verlagen wordt de groei van de school toch gehypothekeerd! N-VA  wenst een zo’n sterk mogelijk gemeentelijk kleuter-en basisonderwijs uit te bouwen. Zowel pedagogisch (de leeromgeving van het kind is de buurt, de wijk de gemeente)  is het gemeentelijk onderwijs voor ons van groot belang als ook voor de inbedding van de ouders en  de gehele schoolgemeenschap  in het ruime sociaal en cultureel gemeentelijk leven.

Wij zouden ons eventueel kunnen vinden in een verlaging naar 42 leerlingen per leeftijdsgroep maar de verlaging naar 36 leerlingen is voor ons echt een brug te ver en draagt niet bij tot de bloei van de school. Om alle bovenvermelde redenen zal onze fractie dan ook tegen stemmen.”